inboedel 荷兰语 词源 源自in (“里面”) + boedel (“财产”)。 发音 音频名词 inboedel m(复数 inboedels,指小词 inboedeltje n) 家具近义词 huisraad meubilair衍生词汇 inboedelverzekering异序词 bloeiden、bloeiend